Schaken is een spel van alle tijden en voor alle leeftijden. Uit de rijke schaakgeschiedenis komen veel prachtige partijen schaak, leuk om na te spelen, maar altijd interessant om van te leren! Deze week over:
Bent Larsen, de onbegrepen topper!
In de zaterdagkrant van het Leids Dagblad van 8 november 1980 was een hele pagina gewijd aan Bent Larsen (1935-2010), door Ruud Dobbelaar, sportjournalist en ook schaakrubriekschrijver van het LD. Want in een gesprek met Bent Larsen regent het pittige uitspraken. Hij was grootmeester, schaakjournalist en talenkenner, hij sprak meerdere talen vloeiend. Zijn schrijfstijl is tamelijk vergelijkbaar met die van Jan Hein Donner. Als schaker speelt hij erg snel en dat bracht tal van tegenstanders in hevige tijdnood, terwijl Bent nog over zeeën van denktijd beschikte en dat leidde over en weer tot menige blunder. Zijn toptijd lag in de jaren 60 toen hij het ene na het andere toernooi won. Onvermijdelijk leidde dat tot een confrontatie met Bobby Fischer en Max Euwe, de toenmalige FIDE-president. In 1970 was er een match van Rusland tegen de Rest van de wereld, en toen zette Euwe Bobby Fischer aan het eerste bord. Dat pikte Larsen niet, want die vond zichzelf beter dan Fischer en wilde per se aan het eerste bord spelen. Euwe en Fischer bonden toen allebei in, maar sindsdien kon Larsen het niet meer vinden met Euwe. Vervolgens kwam de kandidatenmatch in Denver, waarin Fischer verpletterend won van Larsen met 6-0! Larsen vond dat ook de schuld van Euwe, want die was als een soort manager voor Fischer opgetreden, want Fischer kreeg een thuiswedstrijd in het hete en droge klimaat van het hooggelegen Denver, waar Larsen niet tegen kon. Na Denver viel Larsen in de jaren 70 terug in het behalen van successen, maar Larsen is het daarmee niet eens. De echte hinderpalen vindt hij pech en nipte verliezen. En dat geldt ook het IBM-toernooi 1980. Daar functioneerde de airconditioning niet goed, en prompt ging het helemaal mis met Larsen. Het daaropvolgende Interpolistoernooi had Larsen eigenlijk onbedreigd moeten winnen gezien de vele fraaie winstpartijen, maar ja, hij verloor vier keer door een blunder, en miste zo de eerste prijs. Misschien gaat hij ook wel remises te veel uit de weg, het is vaak winst of verlies. Wat hem het meest fascineert aan schaken, is dat hijzelf de beste speler is, maar dat het niet uit de verf komt door al die blunders. Dat hij meer begrijpt van het spel dan de anderen zal blijken bij nauwgezette analyses en dan zal tevens blijken dat al die zogenaamde topschakers slechts krukken zijn in vergelijking met Bent Larsen!!
| Na b6 | Na Pc2 |
|
|
 |
Anatoli Karpov – Bent Larsen 0-1. Interpolistoernooi Tilburg 1980. Karpov werd eerste met 7,5 uit 11, maar verloor wel van Bent Larsen die dus 4x blunderde en daardoor slechts zevende werd met 5. Bent wint hier enkele belangrijke pionnen en zou uiteindelijk Karpov kansloos van het bord schuiven omdat zijn b-pion met steun van de a-pion niet meer van promotie was af te houden: c4 Lxc4; Dd4 Dxd4; Txd4 Lb5; Lh6 Txa3; Lg7 Ld7; Tf4 Ta5; Lxf6 Lxf5, en zoals al gezegd deden Larsens pionnen de rest.
Boris Spassky – Bent Larsen 1-0. Interpolistoernooi Tilburg 1980. Bent Larsen zei het al, nu volgt een blunder: Te4? (Td6 is goed); Kg2! En nu gaat het paard of de toren van Larsen verloren...
Bram Doeves (
Bekijk hier alle schaakcolumns: www.zoetermeeractief.nl/sport/schaakrubriek
