Schaken is een spel van alle tijden en voor alle leeftijden. Uit de rijke schaakgeschiedenis komen veel prachtige partijen schaak, leuk om na te spelen, maar altijd interessant om van te leren! Deze week:
Spassky: wat een ongemanierde rakkers! (Belgrado 1978)
En daarmee bedoelde Spassky uiteraard Kortsjnoj en zijn trawanten na afloop van de kandidatenfinale in 1978 in Belgrado. Vanaf de 13e partij was alles toegestaan, het werd een mentale catch-as-catch-can, waarin Spassky zich niet meer goed kon concentreren. De laatste afgebroken partij was geenszins verloren, aldus Spassky, maar hij gaf op omdat hij er genoeg van had, van die schavuiten. Toen het al 3,5-1,5 stond voor Kortsjnoj, was er van de beroerde sfeer nog niets doorgedrongen tot de redactie van Schakend Nederland (SN). De beide schakers werden toen afgeschilderd als “twee Russische zorgenkinderen”, dissident en half-dissident, beide Leningraders, die elkaar goed kenden, geen vijanden. De dissonant was al wel, dat ze elkaar als schakers niet bijster hoog achten, de één zou de ander wel even verslaan, dat was eigenlijk geen probleem. Het tweede verslag kwam uit Belgrado, en een groter verschil in berichtgeving is nauwelijks mogelijk. Het bleek dat de match al voor de tweede keer was afgebroken. In de nacht van de jaarwisseling dreigde Kortsjnoj zijn koffers te pakken en af te reizen naar Zwitserland, om daar een rapport aan de FIDE te schrijven over “de juiste toedracht”. Hij had Spassky intussen al verweten van de match een “apencircus” te maken, en het aantal journalisten was in korte tijd verviervoudigd. Al bij de aanvang van de match waren er problemen: het uitstel door een handblessure van Kortsjnoj, het vlagincident: Kortsjnoj speelde ten slotte vlaggeloos. Bij de stand 6,5-2,5 voor Kortsjnoj ging het goed mis. Spassky bedacht steeds zijn zetten elders, niet achter het wedstrijdbord, en het regende protesten tegen dat gedrag. FIDE-president Euwe ijlde naar Belgrado en bracht de zaken weer op gang door ervoor te zorgen dat de schakers elkaar altijd konden zien. Halverwege de match verloor Kortsjnoj vier partijen op rij, waarvan de laatste drie door een onverklaarbare tijdsoverschrijding, schaakblindheid en nog een blunder, in een pandemonium van schreeuwende en fluitende toeschouwers, hier en daar vechtend met hardhandige ordebewakers, want het zat de toeschouwers niet lekker dat de schakers voortdurend achter de coulissen zaten en dat ze alleen tevoorschijn kwamen om snel even de volgende zet te doen. De meesterzet van Kortsjnoj was nu geen zet op het schaakbord maar een brief, waarin hij zijn excuses aanbood voor zijn “onwaardige gedrag”, en waarmee hij het publiek volledig op zijn hand kreeg, en na een staande ovatie en twee remises won hij de twee laatste partijen, eindstand 10,5-7,5.
Na Pf3 | Na Txc4 |
Victor Kortsjnoj – Boris Spassky 0-1. Finale kandidatenmatches Belgrado 1978. Tegenslagen (twee partijen op rij verloren), ondermijnd zelfvertrouwen, gebrek aan concentratie, afnemend incasseringsvermogen: de Spassky-haat neemt de overhand na protesten van Kortsjnoj dat hij tegen een geest speelt omdat Spassky ergens anders zijn zetten bedenkt. Het heeft er alle schijn van dat Kortsjnoj zich niet goed meer kon concentreren, en ook op het bord spoken ziet: Lxf5 Txf5; Dxf5 Lxf5 en 0-1.
Spassky – Kortsjnoj 1-0. Finale kandidatenmatches Belgrado 1978. Kortsjnoj heeft zich nog niet kunnen “vermannen” en nadat Spassky met zijn toren een pionnetje pakt, gaat hij “over de rooie”: Txe4?; en na een tussenschaak Tc8+ Kg7; wint Spassky de kwaliteit: Dxe4 en uiteindelijk 1-0. Had u nu ook kunnen winnen (remiseren) van die sfeergevoelige Kortsjnoj? Nee, hij zou u niet zo fel hebben kunnen haten als Spassky en zo helemaal uit zijn concentratie zijn geraakt. Maar als u nu eens een grijnzend Spassky-masker of nog beter, een misprijzend grijnzend Karpov-masker had opgezet, dan had u in ieder geval veel grotere kansen gehad.
Door: Bram Doeves, SV Botwinnik,
Bekijk hier alle schaakcolumns: www.zoetermeeractief.nl/sport/schaakrubriek