Schaken is een spel van alle tijden en voor alle leeftijden. Uit de rijke schaakgeschiedenis komen veel prachtige partijen schaak, leuk om na te spelen, maar altijd interessant om van te leren! Deze week over Jaren 30: Eindelijk een spectaculaire groei van het schaken door Max Euwe.
Na bijna 100 jaar “eliteclubschaak” (vanaf 1846 Palamedes) zijn er in 1931-1933 ondanks alle schaakpropaganda in de Leidse kranten nog steeds maar 6 teams in de LSB, maar dank zij Euwe (1935) komt er vanaf dan een geweldige groei in het schaakleven vanuit de breedte van de ”hele” bevolking. De ballotage-clubs van de hogere klassen zijn kennelijk eindelijk uitgeballoteerd (LSG met 50 leden in 1931), maar ook komt uit het “volk” (Philidor met 43 leden in 1937) en uit de “arbeidersklasse” (Leidse Arbeidersschaakclub: 51 leden in 1936) schaaktalent naar de schaakclubs toe. Alleen de werklozen hebben geen eigen schaakclub, maar wel een werklozendamclub in Leiden (in jaren dertig een ongekend hoog aantal van 500.000 werklozen in NL). Zie de tabel.
Aantal teams in Leidse schaakbond (LSB) in de jaren 30
Jaar |
Aantal teams |
1e klasse |
2e klasse |
3e klasse |
4e klasse |
1931 | 6 | 6 | |||
1933 | 6 | 6 | |||
1935 | 15 | 5 | 5 | 5 | |
1937 | 41 | 6 | 14 | 14 | 7 |
1938 | 55 | 7 | 14 | 15 | 19 |
1939 | 53 | 7 | 14 | 14 | 18 |
Eeuwe ook prominent present in de drie Leidse kranten van 1935
Verslagen Salo Landau WK 1935 in LD en NLC met grote propagandistische waarde
Op 24-9-35 gaf Salo Landau, een Nederlandse schaker van Joods-Poolse afkomst en de secondant van Aljechin, in het LD en in de NLC voor het eerst een uitgebreide voorbeschouwing op de hoofdpersonen van de WK-match Aljechin-Euwe. De LC geeft wel uitgebreid nieuws over de match, maar met minder uitgebreide commentaren. Salo stipte nog aan dat Richard Réti in 1919 zich voor korte tijd in Amsterdam had gevestigd en dat Euwe in hem toen een goede leermeester heeft gehad. Vervolgens geeft Salo uitgebreide commentaren bij de partijen. Het commentaar geeft aan dat betrekkelijk veel stellingen in de partijen welbekend zijn en vooral de Tsjechische verdediging wordt herhaaldelijk gespeeld. Op 14-11-35 deelt de organisatie mee dat Landau door drukke werkzaamheden zijn functie zal neerleggen en dat Snosko Borowski de nieuwe secondant van Aljechin zal zijn. Tja, na 18 partijen staat Aljechin nog maar 1 puntje voor, en zijn relatie met Landau is ongetwijfeld bekoeld door de voortreffelijke “objectieve” verslagen van Landau waarin Aljechin helemaal niet ontzien wordt bij zijn verliespartijen. Er staat geen naam meer bij, maar de volgende verslagen zijn onmiskenbaar van Landau en op een gegeven moment staat zijn naam er ook weer bij... Toen Euwe in 1936 als wereldkampioen door een te druk programma niet meedeed aan het NK, werd Landau begin juli 1936 Nederlands kampioen schaken met de forse score van 7,5/9. Er kwam een abrupt einde aan zijn schakersloopbaan, want ontstellend genoeg werd hij in 1942 door de Duitsers opgepakt en overgebracht naar kamp Gräditz, waar hij in 1944 werd vermoord.
Na Tc4, nu Kg8? | Na Ke1, nu La6? |
|
Salo Landau – Gerrit van Doesburgh 1-0. Zandvoort 1936. Landau behaalde in dit toernooi als tweede Nederlander de zevende plaats met een score van 5,5/11. Na bijvoorbeeld Td8 staat wit nog niet veel beter, maar nu volgt de slotcombinatie: Kg8?; Tf4! Dg6; Tg4 Dc2; Txg7+ en 1-0.
Salo Landau – Albert Becker 1-0. Zandvoort 1936. Het blijft gelijk opgaan na a5 volgens Fritz, maar na het gespeelde La6 gaat Landau winnend combineren: cxd5 Lxd3; dxe6 Dg7; Tcg2 Tg8; Pg5+ Kh8; Pf7+ Kh7; Td2 en het matnet wordt steeds verder aangetrokken.
Door: Bram Doeves (
Bekijk hier alle schaakcolumns: www.zoetermeeractief.nl/sport/schaakrubriek