Schaken is een spel van alle tijden en voor alle leeftijden. Uit de rijke schaakgeschiedenis komen veel prachtige partijen schaak, leuk om na te spelen, maar altijd interessant om van te leren! Deze week over:
De schaakrubrieken in het LD in de jaren 50
De kwaliteit van de berichtgeving over het schaken in het algemeen ging aanvankelijk hard achteruit. En van een schaakrubriek kan toch grote propagandistische waarde uitgaan, maar pas vanaf 19-11-1955 opende het Leidsch Dagblad (LD) een veertiendaagse schaakrubriek die in de praktijk een heel ongeregelde frequentie had. Al op 22-12-1956 werd opnieuw een schaakrubriek geopend die tevens heel anders van opzet zou worden. De eerste rubriek zou vooral aandacht hebben besteed aan partijen van grootmeesters met daarbij steeds één of twee problemen ter oplossing. De tweede rubriek zou betrekking hebben op de schakers van Leiden en Omstreken, tot meer propaganda van het spel. Toch was ook deze rubriek een kort leven beschoren. Want op 7-3-1959 deelde het LD aan zijn lezers mee dat er een nieuwe schaakmedewerker was benoemd: W.H. van der Nat, die zijn sporen op dit gebied al ruimschoots had verdiend bij de LC. W.H. van der Nat besprak een partij en gaf twee problemen (een partijstelling en een probleem) ter oplossing en de goede inzenders kwamen in een ladderstand terecht en om de zoveel tijd werd een prijsje toegekend aan degene met de meeste punten. Al in zijn tweede rubriek voor het LD gaat Van der Nat in op één van de meest fascinerende fenomenen bij het schaken: winst op een overmacht, omdat er sprake is van een uitgekiende opstelling van de minderheid. Het slot van de partij tussen Anderssen en Kiezeritzki in 1851 sprak zozeer tot de verbeelding van de schakers dat ze gingen spreken van de “onsterfelijke partij”. Intussen zijn er al vele “immortal games”.
| Na Lxg1 | wit aan zet en wint |
|
|
 |
1.Adolf Anderssen – Lionel Kiezeritzki 1-0. Londen 1851. Immortal game. Tot groot genoegen van Anderssen heeft zijn tegenstander zojuist zijn twee torens van het bord geslagen, maar volgens Fritz staat het nog niet gewonnen. Anderssen zet nu voort met e5! En nu gaat Kiezeritzki in de fout met Pa6 (na La6 slaat de nu komende aanval niet door), Pxg7+ Kd8, Df6+ Pxf6 en Le7#!
2. Winst tegen verdrukking in: uit rubriek vd Nat LD 21-3-1959. Een schijnbaar hopeloze situatie, want zwart kan heel simpel winnen, maar wit is aan zet en redt zich met een wonderbaarlijke winst:
Th7+ Kg8; Pf6+ Kf8; e7+ Pxe7; Tf7+ Pxf7; Pe6#.
Door: Bram Doeves (
Bekijk hier alle schaakcolumns: www.zoetermeeractief.nl/sport/schaakrubriek
