De werkzaamheden voor uitvoering van Wmo, Jeugdzorg en Participatie(wet) zijn nog steeds volop in het nieuws. “Begrijpelijk”, zegt Hilbrand Nawijn, fractievoorzitter van de LHN, “want hoewel Zoetermeer in de startblokken staat om met uitvoering op 1 januari aanstaande te beginnen, moet wel aan alle randvoorwaarden zijn voldaan van beleid, organisatie, communicatie, inkoop en toegang.” De LHN begrijpt de positieve insteek van het college op de schriftelijke vragen die de fractie kort geleden heeft gesteld. Maar de fractie maakt zich zorgen over de gevolgen voor alle naar de gemeente overkomende taken, zonder de bijbehorende financiële middelen van de rijksoverheid. Op de schriftelijke vragen is het college goed ingegaan. Nawijn: “het college is met ons van mening dat er nog een aantal onzekerheden zijn, maar gelijk constateert het dat Zoetermeer ‘op schema’ ligt. Met die constatering wordt ook de planning bedoeld voor de beleidsdocumenten die de raad nog dit jaar zullen en moeten passeren.” Dat is een goed uitgangspunt, want de gemeenteraad maakt immers de keuzes daarin.
De fractie is vooral bezorgd over de effecten van het nieuwe beleid. Nawijn: “want als het college zegt dat we elkaar in de zorg ‘nieuwe stijl’ allemaal moeten helpen, dan praat je over een cultuurverandering in Nederland en die dwing je niet zomaar af, dat kost veel tijd.” De LHN is van mening dat degenen die zorg nodig hebben: onze ouderen, jongeren en mensen met een handicap, op ons moeten kunnen rekenen. Nawijn sluit af met de opmerking dat “ook de omvang van het vangnet van de gemeente niet bekend is, waarmee de onduidelijkheid in de kosten nog niet is afgenomen. Mag staatssecretaris Van Rijn in de Eerste Kamer, overigens met de kleinst mogelijke meerderheid, zijn ‘gelijk’ hebben gehaald, in Zoetermeer blijft de LHN alert op de gevolgen voor onze inwoners”.
Kijk voor meer Politiek nieuws: Politiek nieuws
