In het weekend van 17 en 18 april is er voor de vierde keer de ‘Nationale Bijentelling’. Het gaat niet goed met de wilde bij. Van de 358 soorten is ruim de helft bedreigd. Als we meer weten over bijen, kunnen we de bij beter helpen. Daarom is het belangrijk dat zoveel mogelijk mensen mee tellen.
Ook nu we vooral thuis moeten blijven, is het extra leuk om mee te doen met de Nationale Bijentelling: gewoon in de tuin of op het balkon. Meedoen is eenvoudig, ook als men niet zoveel van bijen weet. Er is een bijengidsje waarmee iedereen de twintig verschillende soorten wilde bijen, hommels en zweefvliegen kan herkennen. Het is te vinden op www.nationalebijentelling.nl. Het tellen duurt 20 tot 30 minuten. Mensen die willen tellen kunnen hiervoor zelf een geschikt moment kiezen op 17 of 18 april. Bij voorkeur een zonnig moment, want dan vliegen er de meeste bijen. Bijen houden van warmte.
Waarom bijen tellen?
De Nationale Bijentelling is een gezamenlijk project van Naturalis, Natuur & Milieu, IVN Natuureducatie en LandschappenNL. “Hoe meer we over bijen weten, hoe beter we de bij kunnen helpen. Ruim de helft van de bijensoorten in Nederland is bedreigd, en we hebben ze nodig voor bestuiving van heel veel voedselgewassen en fruit. Zonder bij geen aardbei!”, aldus Koos Biesmeijer, bijenexpert bij Naturalis. “Onderzoekers gebruiken de resultaten van de Nationale Bijentelling om te zien waar de verschillende bijensoorten voorkomen in Nederland en of die aantallen toe- of afnemen.”
Hulp bij bijen herkennen
Op 15 april organiseert IVN Natuureducatie in samenwerking met gemeente Leiden en Naturalis een webinar waarmee je op weg wordt geholpen in het herkennen, tellen én verwennen van wilde bijen. Meer informatie en aanmelding via www.ivn.nl/webinarwildebijen.
Meer weten over bijen in de regio, en hoe je ze kunt helpen?
In het gebied van Wassenaar tot en met de Duin- en Bollenstreek, en van de kust tot Nieuwkoop werkt een groot aantal partijen samen aan een Bijenlandschap in de regio. Ander beheer en een bijvriendelijke inrichting zorgen voor een netwerk van verbindingen met voldoende voedsel en nestgelegenheid voor bestuivende insecten. In drie jaar tijd heeft dit geresulteerd in 34% meer soorten bijen in de gemonitorde gebieden van het Bijenlandschap. Op www.bijenlandschap.nl is te zien wat er in de regio allemaal gebeurt, wat men zelf kan doen, er staan leuke bijenweetjes, en men kan zich aanmelden voor een maandelijkse nieuwsbrief. Normaal gesproken zijn er ook allerlei activiteiten te vinden om aan mee te doen. Het Bijenlandschap wordt gecoördineerd vanuit Omgevingsdienst West-Holland.
