Er komt vanuit het Rijk extra geld voor scholen om de gevolgen van de coronacrisis op te vangen. De scholen hebben tijdens de lockdown zo goed mogelijk geprobeerd de leerlingen op te vangen en digitaal te begeleiden, maar konden niet voorkomen dat er toch achterstanden ontstonden.
De extra bijdrage vanuit de overheid komt op gemiddeld 180.000 euro per basisschool, scholen in het voortgezet onderwijs krijgen gemiddeld ruim 1,3 miljoen euro per school. Het geld wordt beschikbaar gesteld uit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO), voor heel Nederland is er 8,5 miljard euro te verdelen.
Het Nationaal Programma wordt op dit moment nog verder uitgewerkt. Wethouder Iedema gaat met het onderwijs in gesprek over de rol die de gemeente kan spelen bij de uitvoering van het programma.
Lichtpuntjes
Naast achterstanden met de lesstof is er ook vaak sprake van sociaal-emotionele achterstand of problemen. De kinderen moeten na de lockdown weer wennen aan de structuur, het omgaan en rekening houden met elkaar in de klas. Ook merken scholen dat er voortdurend alertheid in de kinderen zit, omdat je iemand kunt besmetten of besmet kunt raken. Dat maakt dat de leerlingen niet zorgeloos kunnen zijn. Een basisschool zou dan ook de kinderen, naast het bieden van een veilige plek op school, graag wat lichtpuntjes willen bieden: bijvoorbeeld een bon om een ijsje te mogen kopen bij de ijssalon of een ticket naar het trampolinepark.
Een school voor Voortgezet onderwijs merkt dat er meer leerlingen met problemen zijn en er vaker gebruik wordt gemaakt van het schoolmaatschappelijk werk. Leerlingen die in de normale situatie van rust en regelmaat goed functioneren, missen nu zaken waar ze last van krijgen. De uitzichtloze situatie maakt dat leerlingen eerder dan ooit het bijltje erbij neer lijken te gooien.