Aan het eind van de negentiende eeuw, op 1 oktober 1897, werd op initiatief van de heren Verheyen, Van der Vucht en Van der Griendt in café De Jonge Prins aan de Dorpsstraat 78-80 de harmonie-vereniging Kunst en Vriendschap opgericht.
De allereerste muzikanten van Kunst en Vriendschap waren arbeiders voor wie het maken van muziek een vorm van ontspanning was na een lange werkdag. Het repertoire bestond destijds uit bewerkingen van stukken voor symfonie-orkest en dan vooral ouvertures. Lantaarnopsteker A. Eekers leidde de repetities en deze vonden plaats in café De Jonge Prins. Na twee jaar deden ze in Zeist voor het eerst mee aan een concours.
Aan het begin van de twintigste eeuw werden er op de Grote Dobbe, die tijdens strenge winters dichtvroor, schaatswedstrijden gehouden waar ook hulpbehoevenden aan meededen. De muzikanten van Kunst en Vriendschap verzorgden tijdens de wedstrijd een optreden en kregen daarbij per persoon 50 cent. De winnaar van de schaatswedstrijd ging naar huis met een prijs bestaande uit twee kilo vlees, een halve kilo spek, drie kilo brood en voor drie maanden steenkool.
In 1920 schonk burgemeester C.L.J. Bos de vereniging een muziektent en de vereniging verhuisde voor de repetities naar hotel De Gouden Leeuw waar het ook tijdens de Tweede Wereldoorlog zou blijven repeteren. In 1937 werd de harmonie omgevormd tot een fanfare.
Kunst en Vriendschap verhuisde in 1945 voor een aantal jaren terug naar café De Jonge Prins om vervolgens in 1949 te verhuizen naar het Spaarbankgebouw / Het Trefpunt (Dorpsstraat 135). Het gebouw werd destijds niet alleen gebruikt voor bankzaken, er was ook een grote zaal die voor verschillende activiteiten in het dorp gebruikt kon worden. De zaal werd onder meer gebruikt als gymzaal door Pro Patria. Tussen Pro Patria en Kunst en Vriendschap ontstond vervolgens een goede band. In 1961 startte Pro Patria een opleiding voor majorettes, onder leiding van de familie Van Zetten, en deze majorettes traden op tijdens optredens van Kunst en Vriendschap, in uniformen van Kunst en Vriendschap.
Zes jaar later werd boerenkapel ‘De Mollenbollen’ opgericht. De boerenkapel bestond uit leden die muziek verzorgden tijdens feestavonden van de Zoetermeerse carnavalsvereniging ‘De Soetelieten’.
In 1968 kampte Kunst en Vriendschap met een ledentekort, er speelden nog maar 20 leden in de fanfare. Er werden ledenwerfacties op touw gezet en deze acties zorgden niet alleen voor jonge aanwas bij de vereniging, Kunst en Vriendschap werd ook een vraagbaak voor alles wat met muziek en muziekstudie in Zoetermeer te maken had. Vanuit de Zoetermeerders en de gemeente volgde de vraag of de vereniging een muziekschool zou willen oprichten. Al snel werd er op verschillende locaties muzieklessen gegeven. Door de snelle groei van de muziekschool ontstond er een huisvestingsprobleem. Dat probleem werd spoedig opgelost door de gemeente die het al lange tijd leegstaande gebouw van de openbare lagere school (Dorpsstraat 114) ter beschikking stelde.
De muziekvereniging bestaat tegenwoordig uit de fanfare, de in 2007 opgerichte Sophie’s Big Band en een Slagwerkgroep.
Foto 1: Leden van het muziekkorps Kunst en Vriendschap voor Dorpsstraat nr. 7. Linksboven een portret van burgemeester C.L.J. Bos, hun beschermheer. Bron: Historisch Genootschap Oud Soetermeer; geheugenvanzoetermeer.nl
Foto 2: Het Korps Kunst en Vriendschap in de Vlamingstraat. Rechts Yge Pars. Bron: Historisch Genootschap Oud Soetermeer; geheugenvanzoetermeer.nl
Foto 3: Majorettes van Kunst en Vriendschap bij de school met den bijbel, Dorpsstraat nr. 99. Bron: Historisch Genootschap Oud Soetermeer; geheugenvanzoetermeer.nl
Bronnen
Titel: Jubileum uitgave, 1897-1987, 90 jaar muziekvereniging Kunst & Vriendschap Zoetermeer; redactie: Hilda Koek-Rodenburg, André van der Wiel en Wim Woldendorp; eindredactie: Gert van den Burg; uitgave: Drukkerij, ontwerpatelier stichting Argus Rotterdam, 1987
Elke dag het Zoetermeerse nieuws in uw mailbox? Blijf op de hoogte van het laatste Zoetermeerse nieuws en meldt u aan voor onze nieuwsbrief!
