Het aantal gemeenten waar nog hondenbelasting wordt geheven daalt. Het CBS meldt dat van de 431 Nederlandse gemeenten er op dit moment nog 193 hondenbelasting heffen, waarvan Zoetermeer er één is. Tien jaar geleden waren dit er nog 308.
Elk jaar daalt het aantal gemeenten met hondenbelasting, volgens het CBS. Ook dalen de inkomsten die hiermee opgehaald worden. Gemeenten verwachten in 2020 bijna 51 miljoen euro aan hondenbelasting op te halen. Dat is 2,9 procent minder dan in 2019.
In Zoetermeer geldt in 2020 nog steeds de plicht om hondenbelasting te betalen, voor de eerste hond betaal je € 64,91, voor een tweede hond € 96,92 en voor iedere hond boven het aantal van twee moet € 129,25 afgerekend worden. Dit is nog altijd een stuk goedkoper dan Den Haag, waar € 124,08 voor een hond betaald moet worden.
In de campagnes voor de laatste gemeenteverkiezingen in 2018 is wel gesproken over de hondenbelasting, maar is de verplichting om hondenbelasting niet veranderd. De LHN heeft als lokale partij als speerpunt dat de hondenbelasting afgeschaft moet worden, of gericht ingezet moet worden voor hondenuitlaatplaatsen en dergelijke.
Niet meer van deze tijd
De Partij Democratie voor Zoetermeer vindt de hondenbelasting niet meer van deze tijd. Wim Blansjaar: “De hondenbelasting is een maatregel die in de middeleeuwen werd ingevoerd om beperking van verspreiding van hondsdolheid tegen te gaan.” Ook de reden dat een hondenbezitter moet betalen voor het opruimen van hondenpoep geldt niet meer volgens de PDvZ, omdat hondenbezitters al verplicht zijn de poep van hun eigen hond op te ruimen.
De PDvZ vraagt het college om nogmaals te kijken naar de hondenbelasting en deze af te schaffen.
