Bram Doeves belicht voor u elke week een mooie bridge- of dampartij. Interessante stellingen, een leuke puzzel om over na te denken of een verslag van een goed gespeelde wedstrijd. Deze week: Bob Slavenburg
Heeft bridgend Italië zijn onvergetelijke Georgio Belladonna, zoals onlangs nog eens bleek in mijn rubriek over Florence, dan heeft bridgend Nederland zijn onvergetelijke Bob Slavenburg. Soms speelde Bob Slavenburg het afspel zo goed, alsof het open kaart was, zoals in het spel hierna. Daarom ook speelde hij, evenals Belladonna, graag 3SA, want dat vergde het uiterste van de afspeeltechniek en van zijn brein en dan zijn negen slagen immers al genoeg voor een prima score; bovendien bleek ook nog eens uit de rubriek over Belladonna, dat vier in een hoge kleur niet altijd maakbaar zijn, 3SA soms nog wel, vanwege altijd vier verliezers. In oktober 1960 ging zijn club, de Rotterdamse Bridgekring 1935, op bezoek bij de Utrechtse Bridgeclub van Herman Filarski voor een wedstrijd in de Meesterklasse. Bob speelde toen nog niet met Hans Kreijns, maar met mr. Polak. Filarski merkte in zijn bridgerubriek hierover op dat maar weer eens bleek hoe belangrijk de afspeeltechniek is. Want enkele malen bleef het Utrechtse team in gebreke bij het vinden van het juiste afspel of tegenspel, zoals bij het meest problematische spel:
Okt. 1960 UBC-RBK; N/NZ
Het biedverloop (bieden in 1960 niet altijd vergelijkbaar met bieden in 2020)
Bob Slavenburg zit Zuid, Herman Filarski zit Oost
Het spelverloop (spelen is “van alle tijden”)
Aan de andere tafel had West drie schoppen geboden, gedoubleerd door Noord, en Oost (Rotterdam) als leider slaagde er zowaar in, mede door matig spel van Utrechtse zijde, om de negen slagen te maken voor 530 pt. Ook Bob Slavenburg maakte zijn 3SA en kwam daarbij enkele malen in een moeilijke dwangpositie terecht, zoals ik met de double dummy van Prof Jack (beste spel bij open kaart) kon constateren.
West kwam op met ruiten tien, Oost ruimde een klavertje op en Bob nam over met de Heer. Hij speelde schoppen negen na voor de Vrouw van Oost. Oost speelde klaveren, met de Aas in Zuid genomen. Bob kwam nu terug met de enig goede kaart: harten tien, waarop vlot harten Vrouw, Heer en zeven werden gespeeld. Noord kwam gedwongen terug met klaveren acht en nadat alle klaveren gedwongen eruit waren (nogmaals terugkomen met harten twee was fout geweest, want dan maakt Noord een harten minder), was Noord aan slag voor de laatste zes slagen. Noord en Oost hadden beiden nog drie schoppen over en drie harten, West en Zuid zouden niet meer aan slag komen, ook al was de schoppen tien van West heel belangrijk. Bob had zes van de zeven slagen geïncasseerd en moest nog drie slagen maken, zoals harten Boer en twee schoppen. Hij was nu gedwongen om harten te spelen, dat gebeurde met de vijf en Oost kon de slag heel goedkoop pakken. Oost kwam terug met harten Aas en daarna maakte Bob de harten Boer. Hij zat nu weer in dwang, alleen de opkomst met schoppen Boer was goed, dat gebeurde, Oost moest nemen en nu maakte Bob altijd nog twee slagen met schoppen. Als Noord op de twaalfde slag had moeten uitkomen, had West nog zijn schoppen tien kunnen maken, maar het feitelijk door Bob gestuurde spelverloop liet dat niet toe. Contract gemaakt voor 600 pt, in totaal 1130 pt, dat waren 8 matchpunten op 1 spel! Ik hoop de komende tijd nog meer van dit soort spellen van Bob Slavenburg in Delpher (bijzondere zoekmachine) aan te treffen!
Bram Doeves (