Bram Doeves belicht voor u elke week een mooie bridge- of dampartij. Interessante stellingen, een leuke puzzel om over na te denken of een verslag van een goed gespeelde wedstrijd. Deze week: Een spel van Slavenburg uit de bridge-literatuur
In juli 1981 overleed na hartfalen Bob Slavenburg op weg naar een ziekenhuis. In zijn rubriek van 31 juli in NRC Handelsblad bracht Bob van de Velde (nogmaals) een prachtig eerbetoon aan Bob Slavenburg. Zoals veel bridgeliefhebbers wel zullen weten, heeft Bob van de Velde heel veel (op dat moment nieuwe) boeken uit de bridgeliteratuur gepresenteerd en van commentaar voorzien. In deze rubriek bespreekt hij The golden years of bridge waaraan het omslag nog toevoegt “Classic hands from the past”, Londen 1981, Victor Gollancz, samengesteld door de Australische bridger J.N.R. Griffiths. Het is een bundeling van zijn artikelen in Australian bridge over belangwekkende spellen van de bridgegroten dezer aarde. Het voorlaatste spel uit de verzameling is gespeeld door Bob Slavenburg en Hans Kreijns tijdens het WK 1966 te Amsterdam. Bob van de Velde wil hiermee graag nog eens een saluut brengen aan de grote bridgespeler die Bob Slavenburg was. Het is het laatste spel dat nog bij zijn leven in de bridgeliteratuur is vereeuwigd, aldus Bob.
Noord/Niemand
Kreijns (Noord) opende met één klaveren, en herbood na Slavenburgs (Zuid) één harten één schoppen, waarop Slavenburgs 3SA het bieden besloot. Hiermee zaten ze weer eens in een flinterdunne manche waarop zij patent leken te hebben.
West kwam uit met de ongeboden kleur ruiten, Oost ruitenvrouw en Zuid nam met het aas; incasseerde klaveraas en klaverheer, stak in klaveren naar de tafel over en speelde harten acht, Oost speelde de misleidende aas (hij wilde het bezit van de heer nog niet verraden) en speelde ruiten na; Zuid zeven, West negen en Noord de heer. Slavenburg incasseerde nu de vrije klaverenvrouw, Oost en Zuid gooiden een schoppentje bij, maar West verkeerde al in moeilijkheden, de misleiding van zijn partner werkte tegen hem! Hij dacht schoppen en harten te moeten stoppen en wierp ruitenboer bij in de hoop dat zijn partner de nu vrije tien had, maar die zat bij Slavenburg. Slavenburg dacht nu meer dan negen slagen te kunnen maken, doorzag de problemen van West en speelde doodkalm harten uit de dummy. Oost nam met de verborgen heer en speelde ruiten na. Op de ruiten tien van Zuid moest West nu de dekking in één van zijn hoge kleuren prijsgeven en dat verzekerde Slavenburg van zelfs twee overslagen! Een typerend spel voor hem, aldus Bob van de Velde!
Bram Doeves (