Bram Doeves belicht voor u elke week een mooie bridge- of dampartij. Interessante stellingen, een leuke puzzel om over na te denken of een verslag van een goed gespeelde wedstrijd. Deze week: NK 1956: Wim de Jong; NK 2021: Jan Groenendijk
In Coronatijd kon weer eens aandacht besteed worden aan de geschiedenis van het dammen, maar ook de actualiteit vraagt weer aandacht. Het NK 2020/21 is zojuist gehouden met als meest productieve dammers kampioen Jan Groenendijk en Alexander Baliakin. Beide dammers weten hun mooie scores nog wat op te voeren door enige ruimte in te bouwen voor zetjes. Toen Ramdien al heel snel met een zwarte schijf op veld 29 stond, ging Groenendijk eens kijken of hij daar tactisch iets mee kon. Met succes, zie flits! Nu weer terug naar de geschiedenis, naar 1956, toen het NK een “onmogelijk” verloop kende! Helaas is Piet Roozenburg in 1956 niet meer van de partij, want hij is druk bezig met zijn universitaire studie economie, maar in het AD schrijft Roozenburg dat het NK 1956 heel sterk bezet is, mede door het komende toernooi om het Wereldkampioenschap, waarvoor nog een tweetal dammers moet worden geselecteerd naast Kees Keller. In deze tijd worden de wedstrijden in Utrecht en uitsluitend in de weekends gespeeld. Naast Keller als kanshebber, tipt Piet als favorieten Gordijn, Huisman, Bom en Wim de Jong (33 jaar), al neemt deze laatste wel eens te veel risico’s. Maar het Algemeen Handelsblad stelde vast dat dammend Nederland zo’n instelling heel hoog waardeert: “Wim de Jong is zeker de favoriet van half dammend Nederland”! In het eerste weekend speelde Wim inderdaad sterke partijen, hij won van Jurg in een sublieme partij en hij overspeelde ook W. Beeke die echter een schijf winst kon nemen nadat de verliezende De Jong een te riskante opstelling ging innemen. Verrassend was ook de overtuigende zege van Van Dijk op Gordijn. En Bom won van Van Heerde die zijn vlaggetje zag vallen zonder het aantal vereiste zetten te hebben gespeeld! In het tweede weekend overheersten de remises. Jan Bom nam met 6/4 twee punten voorsprong op zijn belagers. Na drie weekends stond Bom nog steeds bovenaan met 9/6, en door een nieuwe nederlaag tegen Huisman leek favoriet Wim de Jong reeds kansloos met slechts 5/6! In het vierde weekend ging alle aandacht uit naar debutant Terlouw, die alleen op kop had kunnen komen door Bom met een enorme slagzet te verslaan (flits 2). De beide dammers overzagen echter dit tactische juweel! Het vijfde weekend was er volop sensatie, want enkele favorieten gingen elkaar met boze bedoelingen te lijf. Van Dijk won in een sterke partij van Huisman, maar vervolgens faalde Van Dijk tegen Wim de Jong, hij overzag een verliezende combinatie. Vervolgens nam De Jong te veel risico tegen Kinnegen, maar hij haalde weer eens uit een verloren positie een vernietigende slagzet met winst. Door zijn twee successen sloop De Jong de kopgroep binnen. Na het zesde weekend stond Bom nog steeds op kop, maar De Jong zit hem nu op de hielen. En in het zevende weekend leverde zijn eindsprint Wim de Jong vier punten op in zijn aanvalspartijen tegen de twee koplopers Bom en Terlouw (flits 3). Hierdoor rukte hij op naar de hoogste top, gelijk met een voorsprong van maar liefst twee punten. Omdat Edink van Wim Roozenburg won, hebben nu alle dammers minstens één nederlaag geleden. In het laatste weekend speelde elke dammer nog één partij. Titelhouder Keller die het toernooi beneden zijn normale vorm speelde, moest het opnemen tegen koploper Wim de Jong, die een rustige partij met remise-afloop niet aandurfde, hij moest “gewoon weer” een ingewikkelde partij spelen om in de juiste stemming te komen. Beide dammers kregen uiteindelijk een doorbraak naar dam, maar Wim de Jong kreeg twee winnende dammen en beëindigde het toernooi als een groot kampioen met drie punten voorsprong! De eindstand:
1.Wim de Jong 21/14; 2-3. Wim Huisman en Jan Bom 18; 4. Geert van Dijk 16; 5-8. Henk Beeke, Wim Roozenburg, Freek Gordijn en Wim Terlouw 15; 9. Kees Keller 14; 10-12. Piet van Heerde, Anton Jurg en Jan Edink 12; 13-14. Wim Beeke en Jan Sinke 10; 15. Henk Kinnegen 7.
| Na 8-13 | na 48-43 | nu 19-24? |
 |
 |
 |
Jan Groenendijk – Bhiem Ramdien. NK 2020/21. En Jan bouwde iets om 29 heen! 22-18!! 13x22; 38-33 en 2-0, want 29x49; 31-27 49x24 en 27x9. Schitterend.
Jan Bom – Wim Terlouw 1-1. NK 1956. Beide koplopers overzagen de prachtige combinatoire winst die Wim nu tot lijstaanvoerder had kunnen maken: 26-31!!!; 37x17 29-33; 38x20 19-24; 20x29 16-21; 27x7 18x47; 35x24 13-19; 24x13 47x48 en 0-2!!
Wim de Jong – Wim Terlouw 2-0. NK 1956. 17-21 is goed, 19-24 niet, want nu kwam 34-30!! 14-19 of?; 28-22 17x39; 38-33 39x28 en 32x5, +.
Bram Doeves (
