De geschiedenis van Zoetermeer gaat duizend jaar terug in de tijd. In een reeks verhalen nemen wij u mee op reis door deze duizend jaar geschiedenis. Beginnende bij het ontstaan van het Zoetermeerse Meer en eindigend bij de bouw van Oosterheem. Deze keer: de watertoren.

Voor dit verhaal gaan we eerst terug naar de tweede helft van de negentiende eeuw. In die tijd werd het economisch mogelijk om waterleidingen in steden aan te leggen. Een belangrijke stap in de strijd voor betere hygiëne in de stad. Op het platteland bleef ondertussen alles bij het oude en dat had ernstige gevolgen toen in 1866 de Cholera zich over het land verspreidde.

Destijds bevonden de WC’s zich in Zoetermeer en Zegwaart boven de vaart, dezelfde als waarvan mensen het water dronken en waar ze de was in deden. Op een aantal plekken langs de vaart van de Voorweg bevinden zich nog een aantal overgebleven wasstoepen waar mensen vroeger hun kleding schoon schrobden. Daarnaast dronken mensen ook water uit een put. Maar net als het water uit de sloot bevatte ook het water uit een put ontbindende afvalstoffen. De enige bak waarin regenwater werd opgevangen stond bij de Nicolaaskerk. Maar dat was niet voldoende om het gehele dorp mee van water te voorzien. Tegelijkertijd wezen de gemeenten mensen erop dat ze hun drinkwater moesten koken. En omdat arme mensen dicht op elkaar woonden kon er ook geen afstand van elkaar worden gehouden om besmetting te voorkomen. Uiteindelijk zouden er in Zoetermeer 39 en in Zegwaart 61 inwoners overlijden aan de Cholera.

wasstoep

De Tien Gemeenten

Het zou tot het begin van de twintigste eeuw duren voordat de eerste plannen er kwamen voor een drinkwaterleiding. Uiteindelijk richtten Zoetermeer en Zegwaart in 1923 samen met acht andere gemeenten (Benthuizen, Bleiswijk, Moerkapelle, Zevenhuizen, Bergschenhoek, Berkel en Rodenrijs, Pijnacker en Nootdorp) stichting De Tien Gemeenten op. Later zouden Stompwijk en De Veur zich bij deze tien aansluiten. Het doel van deze stichting was om de plannen voor een drinkwaterleiding te realiseren.

Onder de duinen bij Wassenaar werd water van goede kwaliteit aangetroffen. Er werden acht putten geslagen met een diepte van 36 meter. Uit deze putten werd het duinwater opgepompt. Via zogeheten bezinkbakken, waarin het duinwater gereinigd werd, ging het water een hoofdbuizenstelsel in van 136 kilometer lang en met een diameter van vijf tot dertig meter. Door deze buizen werd het water naar de nieuwe watertoren in de gemeente Zegwaart gepompt. En alle panden die zich op minder dan honderd meter van deze buizen bevonden kregen verplicht een aansluiting.

De watertoren

De watertoren is ontworpen door de Delftse hoogleraar Chr. K. Visser en de bouw is in  1928 uitgevoerd door het Duitse aannemingsbedrijf Schäffer & Co. A.G. uit Duisburg.

Watertoren in aanbouw 1

De watertoren, die de vorm heeft van een pepermolen, is 45 meter hoog en 10,25 meter breed. Het geheel rust op 324 palen met ieder een lengte van 14 meter. Daar bovenop is een fundering gestort van 2,5 meter dik. Bovenop deze fundering bevinden zich de buitenmuren in de vorm van een achthoek. Aan de buitenkant is goed te zien hoe bovenin de toren de achthoek overgaat in een zestienhoek. Daar bevind zich het waterreservoir. Onder het reservoir is het gebouw nagenoeg leeg. Langs de binnenzijde van de buitenmuren slingert er zich een ijzeren trap met 140 treden, om een smalle ijzeren buis, 25 meter omhoog tot vlak onder het reservoir. Het reservoir, een betonnen bak, heeft een capaciteit van 500 kubieke meter, oftewel een half miljoen liter water. Midden in de bak bevind zich een schacht met een trap die toegang geeft tot de bovenzijde van het reservoir.

Het doel van de watertoren was om continue vier tot vijf atmosfeer druk te houden op de waterleidingen. Hierdoor zou in alle uithoeken van de twaalf eerder genoemde gemeenten het water met voldoende kracht uit de kranen stromen. ’s Nachts werd het reservoir volgepompt en overdag liep het langzaam weer leeg.

Ingebruikname van de drinkwaterleiding

Het is 21 november 1928 wanneer burgemeesters en andere notabelen uit meer dan tien gemeenten bij elkaar komen in café De Jonge Prins. Tijdens deze bijeenkomst wordt de drinkwaterleiding in gebruik genomen. Sindsdien komt er in Zoetermeer water uit de kranen.

Ingebruikname

In 1990 ging stichting De Tien Gemeenten over in het grotere NV Duinwaterbedrijf Zuid-Holland. De watertoren is tot in de jaren negentig in gebruik gebleven. Vanaf dat moment werd de functie overgenomen door bergingskelders met pompen. En op 6 maart 1991 werd de toren een gemeentemonument.

Als u meer wilt weten over dit verhaal, kijk dan ook op sachavanvlaardingen.wordpress.com.

Tekst: Sacha van Vlaardingen

Foto 1: Een wasstoep aan de Voorweg.
Foto 2: De watertoren aan de Stationsstraat in aanbouw. Foto: Stadsarchief Gemeente Zoetermeer, Historisch Genootschap Oud Soetermeer.
Foto 3: Burgemeesters en Commissaris van de Koningin bij de officiële ingebruikname van de watertoren De Tien Gemeenten. Foto: Stadsarchief Gemeente Zoetermeer, Historisch Genootschap Oud Soetermeer.

-advertenties-

-goede doel-